De lintworm die voorkomt bij schapen en geiten, is de Moniezia expansa. Het zijn platte, witte wormen die bestaan uit een kop met daarachter een ketting van aparte segmenten. Ieder segment is gevuld met tienduizenden lintwormeieren.
In de cyclus van de lintworm komen grasmijten als tussengastheer voor. De tussengastheer is een vrijlevende grasmijt, die vanuit de ontlasting de meeste lintwormeieren op eet. De mijt komt in zeer grote aantallen voor in Nederland en wordt vooral gevonden in hooi, stro en op oude weides. De mijten worden tijdens het grazen opgenomen door de schapen of geiten en ontwikkelen zich vervolgens tot volwassen lintwormen. Vervolgens komen er wormeitjes terecht in de ontlasting en herhaalt de cyclus zich. De lintworm is de enige wormsoort die met het blote oog in de ontlasting van jongere lammeren kan worden gevonden.
Lintworminfecties geven meestal weinig problemen. Ze beschadigen het darmslijmvlies in lichte mate en onttrekken voedingsstoffen aan het voedsel dat het maagdarmkanaal passeert. Bij zeer zware besmettingen kunnen symptomen zoals het verlies van eetlust, lusteloosheid, verminderde groei en verstoppingen optreden. Lammeren bouwen snel een weerstand op tegen de lintworm.
Met wormonderzoek kunnen de eitjes van de lintworm in de ontlasting geconstateerd worden. Bij Worm&Co testen we standaard op lintwormen. Als we constateren dat uw dier is besmet met lintwormen, zullen we u een persoonlijk behandeladvies geven. Zo staat de gezondheid van uw dier(en) voorop en hoeft u niet onnodig te ontwormen. Behandelen wordt zelden door ons geadviseerd. Neem gerust contact met ons op als u nog vragen heeft, ons enthousiaste team helpt u graag verder!
EN
DE
FR