Veulenworm infecties (Strongyloides westeri) komen voor bij jonge ezelveulens. De infectiebron voor het ezelveulen is het moederdier. Net na de geboorte wordt een bestaande, sluimerende infectie in het moederdier geactiveerd en komen de larfjes via de moedermelk in het ezelveulen terecht. Binnen 10 dagen na opname door het ezelveulen kunnen de opgenomen larven zich al ontwikkeld hebben tot volwassen wormen, die weer eitjes uitscheiden met de mest. De larfjes die uit deze eitjes komen kunnen dwars door de huid van het ezelveulen kruipen en zo het jonge dier herinfecteren.
Ziekteverschijnselen die gezien worden bij jonge ezelveulens tot ongeveer 1 maand oud zijn diarree, sufheid, gewichtsverlies en geen melk willen drinken. Gelukkig zien we zulke infecties heel weinig. De aanwezigheid van de karakteristiek dunwandige eitjes met daarin een larfje bevestigt de infectie. Een hoge eiuitscheiding kan ook worden gevonden bij oudere ezelveulens, maar zo’n infectie heeft zelden symptomen. Indien u een ernstige veulenworminfectie vermoedt, adviseren wij u om direct contact op te nemen met uw eigen dierenarts, zodat een behandeling zo snel mogelijk kan worden ingezet. Bij mestonderzoek worden ook veulenwormeitjes geteld en kan eventueel een advies voor behandeling worden gegeven. Als u wilt weten of uw ezelveulen besmet is met veulenwormen adviseren wij om vanaf de leeftijd van 10 dagen oud mest van uw ezelveulen in te sturen. Goede stalhygiëne is essentieel om ernstige infecties te voorkomen. Verwijder daarom dagelijks de (veulen)mest, houd de stal droog en vervang het strooisel regelmatig.
Als er uit mestonderzoek blijkt dat uw ezelveulen is besmet met veulenworm, zullen wij u een persoonlijk behandeladvies geven. Zo staat de gezondheid van uw ezelveulen voorop en hoeft u niet onnodig te ontwormen. Neem gerust contact op met ons team als u nog vragen heeft. Ons enthousiaste team helpt u graag verder!