Bij de longworminfectie zijn de longen en diepere luchtwegen geïnfecteerd met de longworm Dictyocaulus arnfieldi. Ezels hebben vaak weinig klinische klachten van een longworminfectie, maar zijn vaak wel de bron van een weide-infectie voor paarden.
Vrouwelijke volwassen wormen leggen in de longen van de ezel eitjes. Hier komen larfjes uit die worden opgehoest, doorgeslikt en met de mest worden uitgescheiden op het weiland. Na enkele dagen worden de larfjes infectieus voor de gastheer. De larfjes sterven af door droogte en/of kou, maar worden bij goede omstandigheden tijdens het grazen opgenomen door andere ezels of paarden. Hierdoor verspreidt de infectie zich door de weide.
Bij ezels worden er vrijwel altijd larfjes van de longworm in de mest aangetroffen. De mest wordt onderzocht met de Bearmann methode, waarbij de larfjes worden geïsoleerd uit de mest.
De behandeling van longworm is niet erg lastig. Producten met ivermectine of moxidectine zijn beiden effectief. Het is wel van belang dat dieren op stal worden gezet om verdere besmetting te voorkomen. Om te voorkomen dat uw ezel een paard infecteert kunt u het beste de ezels en paarden apart laten grazen.
Als er uit het longwormonderzoek blijkt dat uw ezel is besmet, zullen wij u een persoonlijk behandeladvies geven. Zo staat de gezondheid van uw ezel voorop en hoeft u niet onnodig te ontwormen. Neem gerust contact op met ons team als u nog vragen heeft; wij helpen u graag verder.
EN
DE
FR