Wanneer je je paard ontwormt, wil je natuurlijk zeker weten dat de wormenkuur ook echt zijn werk doet. Een controleonderzoek van de mest geeft daarop het antwoord. In deze blog lees je waarom dat moment zo belangrijk is, welke werkzame stoffen daarbij horen en wat een nieuw Amerikaans onderzoek zegt over het controleonderzoek bij de behandeling met moxidectine.

Waarom is het belangrijk?
Het advies is om 14 dagen na toediening van de wormenkuur een wormonderzoek te laten uitvoeren. Met zo’n controleonderzoek kun je vaststellen of de kuur effectief is geweest én of er mogelijk sprake is van resistentie tegen het gebruikte ontwormingsmiddel.

Waarom 14 dagen?
Bij de meeste wormenkuren wordt geadviseerd om 14 dagen na toediening een controleonderzoek in te sturen. In deze periode kun je goed meten of het aantal wormeitjes voldoende is afgenomen. Is dat niet het geval? Dan kan er sprake zijn van resistentie: de wormen reageren niet (meer) op de werkzame stof van de ontworming. Dit is een serieus probleem, want hoe vaker een ontworming onnodig of ineffectief wordt ingezet, hoe sneller resistentie zich ontwikkelt.

Amerikaans onderzoek
Gebruik je een wormenkuur met ivermectine, pyrantel of fenbendazol als werkzamestof? Dan is het al langer bekend dat ons advies is om na 14 dagen een mestonderzoek in te sturen om te controleren of de kuur goed heeft gewerkt. Voor de werkzame stof moxidectine was het advies om pas na 6 tot 8 weken te controleren. Maar uit Amerikaans onderzoek blijkt dat het verstandiger is om ook bij moxidectine al na 14 dagen een controleonderzoek te doen. In het onderzoek zagen ze dat de hoeveelheid wormeitjes al flink was afgenomen na 14 dagen. Ook wij zien de laatste jaren duidelijke veranderingen en adviseren daarom om ook na behandeling met moxidectine een controleonderzoek na 14 dagen uit te voeren.

Daarom is het advies nu:
Doe bij alle ontwormingen – ook met de werkzame stof moxidectine – een controle mestonderzoek na 14 dagen.

Bron: AVMA-Journals